1. Risicoprofiel opstellen en risico schatten
1.1 Inleiding
Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) is gericht op alle personen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Bij deze personen is het zinvol hun risico op hart- en vaatziekten te schatten (zie figuur 1.1). Je stelt daarbij een risicoprofiel op en schat vervolgens het risico door een risicocategorie aan te wijzen of door het gebruik van de SCORE2(-OP)-risicotabel (Systematic Coronary Risk Evaluation 2 (Oudere Personen), zie bijlage 1.
Van een deel van de patiënten is al bekend of is het waarschijnlijk dat ze een verhoogd risico hebben. Dit zijn de patiënten met een doorgemaakte hart- of vaatziekte, diabetes mellitus (DM) en patiënten die bloeddruk- en/of cholesterolverlagende geneesmiddelen gebruiken. Ook patiënten met chronische nierschade of reumatoïde artritis (RA) horen bij deze groep, omdat hun risico op hart- en vaatziekten sterk verhoogd is ten opzichte van leeftijdgenoten. Voor veel van die patiënten is een risicocategorie (zie tabel 1.1) aan te wijzen, zonder dat hun risico geschat hoeft te worden met de SCORE2-risicotabel. Het is bij deze groep vooral belangrijk na te gaan of de patiënten al in het CVRM zijn opgenomen en of ze optimaal worden behandeld.
Het doel van deze fase is:
- een overzicht krijgen van het risico op hart- en vaatziekten en de factoren die er bij deze patiënt aan bijdragen;
- nagaan of er nadere diagnostiek moet worden verricht naar risicofactoren of bijkomende aandoeningen (verhoogde bloeddruk, diabetes mellitus, familiaire hypercholesterolemie, chronische nierschade);
- de patiënt informeren over het risicoprofiel.